dinsdag 20 januari 2009

Pennac over DPS

Een interessant gegeven in dit verband is dat gedurende de af­gelopen twintig jaar waarin het internaat zo'n slechte" naam had, drie van de grootste bioscoopsuccessen en bestsellers on­der de jeugd zich op een kostschool afspelen: /Dead Poets Society, Harry Potter /en /Les choristes. /Drie kostscholen die ook nog eens behoorlijk ouderwets zijn: met uniformen, rituelen en lijfstraf­fen bij de Angelsaksische varianten, en grijze bloesjes, sinistere gebouwen, stoffige leraren en afranselingen bij /Les choristes./

Het zou interessant zijn om het grote succes dat /Dead Poets Society /in 1989 onder het jonge publiek had te analyseren. De film werd haast unaniem afgekraakt door de critici en in de le­rarenkamers: het zou een demagogische, zelfingenomen, ar­chaïsche film zijn, onnozel, sentimenteel, in filmisch en intel­lectueel opzicht armoedig, allemaal argumenten waar je in alle redelijkheid niets tegen in kunt brengen... Dat liet onverlet dat hele hordes middelbare scholieren zich erheen spoedden en dolenthousiast terugkwamen. Wie aanneemt dat ze blind wa­ren voor de tekortkomingen, schat een hele generatie wel erg laag in. De anachronismen van leraar Keating waren mijn leer­lingen bijvoorbeeld niet ontgaan, en zijn onoprechtheid ook niet: 'Meneer, hij is niet helemaal "eerlijk", Keating, met zijn /Carpe diem, /hij praat erover alsof we nog altijd in de zestiende eeuw leven, maar in de zestiende eeuw gingen mensen veel vroeger dood dan nu!'

'En het is ook echt stom hoe hij ze in het begin een aantal bladzijden uit hun lesboek laat scheuren, voor iemand die zich­zelf zo open vindt... Waarom verbrandt hij dan niet alle boeken die hij niet goed vindt? Ik zou het geweigerd hebben.'

Agezien hiervan hadden mijn leerlingen het een 'geweldi­ge' film gevonden. Stuk voor stuk identificeerden ze zich met de Amerikaanse jongeren uit de jaren vijftig die in sociaal en cultureel opzicht ongeveer even dicht bij ze stonden als mars­mannetjes. Ze waren stuk voor st:'Jk dol op acteur Robin Willi­ams (van wie volwassenen vonden dat hij het er te dik bovenop legde). De docent Keating die hij speelde symboliseerde voor hen de warme menselijkheid en liefde voor het lesgeven: hij hield van zijn vak, was geheel toegewijd aan zijn leerlingen en had daarbij ook nog eens de energie van een onvermoeibare coach. Het isolement van het internaat maakte zijn lessen nog intenser en gaf ze een intieme en dramatische sfeer die ons jon­ge publiek in zekere zin ook tot /zijn /studenten maakte. In hun ogen waren de lessen van Keating een initiatieritueel dat alleen voor hen bestemd was. Het stond helemaal los van de familie. En van de leraren. Een leerling van mij drukte het zonder om­haal van woorden als volgt uit: 'Nou, dan vinden de leraren er maar niks aan. Het is ónze film, niet die van jullie!'

Penac, Schoolpijn, p. 60

Geen opmerkingen: